Het doel van deze studie was de factoren te onderzoeken die van invloed zijn op uitkomsten na revalidatie. Dit onderzoek laat zien dat het moeilijk is om de huidige standaardzorg voor geriatrische revalidatie na een gebroken heup te definiëren vanwege de diversiteit in zorgpaden en de grote praktijkvariatie. Dit is een probleem bij het uitvoeren van gerandomiseerd effectiviteitsonderzoek met de gebruikelijke zorg als controle. De analyse van zorgpaden van acht geriatrische revalidatieafdelingen liet zien dat er verschillen zijn in gebruik van zorgpaden en dat er praktijkvariatie is, waardoor er geen sprake is van een standaard voor ‘gebruikelijke zorg’. Voor het uitvoeren van interventiestudies kan dit een probleem vormen, omdat er geen uniforme zorg als ‘usual care’ controlegroep geïdentificeerd kan worden. Uit de studie bleek dat ouderen drie maanden na de heupfractuur een heel laag niveau van fysieke activiteit te hebben. De gemiddelde tijd dat ze zitten is 11 uur per dag. Op basis van de bewegingspatronen gemeten met de accelerometers konden drie verschillende groepen onderscheiden worden in niveau van bewegen en zitten. Er was echter geen relatie tussen de patiëntkenmerken op baseline en het bewegingspatroon drie maanden na operatie.
Klik hier voor meer informatie.